De Tilburgse scene bloeit steeds verder op. Met de verruiming van de sluitingstijden als kers op de taart. In 2 delen zoomt This Is Our House samen met 5 toonaangevende organisatoren in op het succes. Tot slot: hoe is de scene nu, en hoe blijft ze gezond? Over sluitingstijden, onderlinge samenwerking en een nachtburgemeester.
De Tilburgse nachten floreren weer, schreven we laatst al in deel 1 van ons tweeluik. Gin Fizz, de enige club in Brabant waar structureel house en techno wordt geprogrammeerd, heeft zijn 2-jarig bestaan gevierd. 013 bouwt met zijn nieuwe complex en nachtlabel 00:13 aan een stevige nachtprogrammering.
De Spoorzone – een stukje Berlijn in Tilburg – staat onmiskenbaar in bloei. Met Club Smederij als grote eyecatcher in het nachtleven aldaar, sinds kort een volwaardige tweede club in de stad. En met Jeroen Opstelten (a.k.a. Ben Penn) onlangs geïnstalleerd als een van de programmeurs.
Verder: Draaimolen is steevast uitverkocht en trekt met magnifieke line-ups internationaal publiek naar Tilburg. Tal van andere collectieven (o.a. Suburban Disco, Selektah, KITSCH, Hauz of Wax en Impload zorgen ook voor frisse activiteit. Zelfs de Randstedelijke concepten (Pleinvrees, Zeezout) duiken nu op Tilburg (tot ergernis van diezelfde lokale collectieven).
>> Zie ook: Op stap met de Tilburgse scene #1: reconstructie van een opbloei <<
Fontys Rockacademie en ACI
Vanuit de Rockacademie (danceproducers als Firebeatz, Budakid, Polynation, Klyne) en het Dutch Dance Industry Lab van Fontys ACI (organisatoren, marketeers) komt een groeiende stroom aan talent. De ‘dance-onderwijs-hoofdstad’ van Nederland werd Tilburg al genoemd op Omroep Brabant. Samen met de studenten van al die andere opleidingen in Tilburg vormt dit ook meteen een enorme bezoekersbasis.
Maar hoe blijft de Tilburgse scene future proof? Hoe wordt voorkomen dat een dip, zoals in deel 1 werd geschetst, zich herhaalt?
Die vragen stonden ook centraal in het clubrondje dat we maakten met 5 kopstukken van de Tilburgse scene. ‘Het kartel’, zoals ze zichzelf al grappend noemden. Ofwel: Bas Veekens (danceprogrammeur 013), Milo van Buijtene (Draaimolen), Sam van Nieuwamerongen (Gin Fizz), Joep van Gorp (Qanvas) en Jeroen Opstelten (Club Smederij).
Verruiming openingstijden
De recente verruimming van de openingstijden is absoluut een manier om de toekomst met vertrouwen tegemoet te zien, vindt het gezelschap.
013, naar wiens wens het aantal van 8 ontheffingen (exclusief oud/nieuw en Meimarkt) immers werd afgestemd, gaat de verruiming maximaal benutten, zegt Bas. “Onze range verandert plots van lokaal tot provinciaal. Nu kunnen we meer mensen vanuit andere steden gaan trekken. Het opent andere mogelijkheden voor onze nachtprogrammering.”
>> Zie ook: Ben Penn: de boogieman van Brabant <<
Jeroen is juist kritisch. “Het is zeker mooi. Maar dit is wel een erg minimale stap. Het zou eigenlijk veel meer moeten zijn in 6e stad van het land. De clubscene hier is echt aan het groeien. Als je jezelf als gemeente serieus neemt, moet je hier in mee.”
Hij weet nog niet precies in hoeverre hij de bandbreedte tot 6:00 uur gaat opzoeken in Club Smederij. “Het zal dringen worden, we zullen het per geval bekijken.” Joep, met Qanvas vaste feestbouwer in de oude treinmotor-testruimte van de NS: “Incidenteel zullen we wel doorgaan.”
Milo relativeert: “Let op, kroegen kunnen deze ontheffingen ook gewoon gaan aanvragen. Als die het ook allemaal gaan doen, is dit geen kleine stap hoor.”
Zelf gaat hij – de after van Draaimolen Festival uitgesloten – waarschijnlijk geen gebruik maken van de ontheffingen. “Ik houd het in Dudok gewoon tot 4:00, niet langer. Bij ons staat het om 23:00 uur vol.”
Support gemeente
Toch juicht hij de verruiming enorm toe. Het duurde alleen zo lang. “Als het over de Kermis gaat, wordt er altijd erg gepusht in Tilburg. Dan moet het door en groter. Maar bij nachtleven wordt altijd heel dorps gedacht. Bij Citymarketing zitten ook geen mensen die je tegenkomt in het nachtleven.”
Jeroen: “Dit is voor een deel een gevoelskwestie, een idee van activiteit in een stad. Er moet diversiteit zijn. Nu gaat het goed met de clubscene. Maar we kunnen nu ook volk uit andere steden gaan trekken. Het is gewoon heel burgerlijk om te zeggen: de nacht duurt maar tot 4 uur.
Zien ze de verruiming als erkenning van hun inspanningen in de afgelopen jaren?
Milo, direct als altijd: “Erkenning krijg ik van mijn publiek, niet van een gemeente. Bovendien hadden ze dat dan ook al eens wat vaker in de vorm van subsidie mogen laten zien. Maar die gaat altijd naar dezelfde partijen. Incubate een ton, Mundial een ton. De mensen daar kunnen amper lopen, zo vol zitten hun zakken met geld.”
Volg TIOH op Facebook:
Joep: “Het is wel wat aan het kantelen, de tijd van geld erbij stoppen lijkt voorbij. Mundial is een fantastisch evenement, maar al heel lang aan het knokken. En die gaan voor bij de politiek.”
Milo was zeker in zijn nopjes met de video die vanuit Citymarketing over Draaimolen gemaakt werd (zie hieronder). Maar hij mist nog support vanuit de ‘zwarte doos’, het gemeentehuis.
“Het is belangrijk dat daar iemand komt die benáderbaar is, en hier voor openstaat. Daar begint alles mee. Het moet veel transparanter worden, en er moet meer know-how zijn. Dan kunnen we echt gaan samenwerken.”
Je moet jezelf wel laten horen, niet alleen vanaf de zijlijn
Verjonging in de zwarte doos
Joep: “We hebben allemaal onze contacten en moeten daar goed gebruik van maken. Wij zitten in de kern van deze ontwikkelingen en lopen daardoor voor, het duurt altijd wat langer om dezelfde wensen op het hoogste politieke niveau te evenaren.”
Sam houdt de rest een spiegel voor: zouden de organisatoren zich zelf niet meer moeten verenigen? “Wij vanuit de horeca doen dat ook. Je moet jezelf wel laten horen, niet alleen vanaf de zijlijn.”
Milo: “Ja, maar je moet nu wel echt de juiste taal spreken. De enige manier om nu een voet binnen de deur te krijgen is als je een link met kunst en cultuur legt. Toen wij voor een van onze stages samen gingen werken met een kunstenaar van lichtfestival Glow, konden we plotseling wel praten.”
Het zou tof zijn als de gemeente coulanter zou zijn met het vrijgeven van locaties
Toch ziet het gros van het gezelschap meer heil in praktische hulp en facilitering dan in subsidies. Jeroen: “Met subsidie wil ik persoonlijk liever niets meer mee te maken hebben. Een aanvraag is vaak lastig omdat je moet voldoen aan soms hypocriete of onrealistische eisen die niks te maken hebben met je beoogde doel. En dan nog: dat 3 voor mij soms willekeurig ogende commisieleden gaan bepalen of iets wel of niet deugt. Ik schakel dan liever een tandje terug en neem meer tijd.”
Als club is het wat anders, zegt hij. “Voor sommige ideeën is ondersteuning van buitenaf nodig. Hoe is een tweede. Misschien loopt er wel ergens een mecenas rond die mee wil werken aan het naar een hoger niveau tillen van het nachtleven.”
Joep: “Ik vind aanvragen van evenementenvergunningen niet heel lastig. Als je je verhaal goed uitlegt, kun je best wel ergens komen.”
Sam vindt dat de gemeente ook qua locaties meer zou moeten gaan faciliteren: “Voor veel partijen zijn 013 en Club Smederij de enige keuze in Tilburg om feesten te organiseren. Het zou tof zijn als de gemeente coulanter zou zijn met het vrijgeven van locaties.”
Nachtburgemeester
Het woord ‘nachtburgemeester’ valt, je kon er op wachten. Ook al gaat die term in Tilburg en omstreken vooral gepaard met veel hoongelach, sinds de laatste ‘verkiezing’ uitliep op een farce.
Iedereen wijst naar Jeroen. De ‘onofficiële’ nachtburgemeester van Tilburg, die het eigenlijk zou moeten doen. Hij hoort het lachend aan maar houdt zich op de vlakte.
“Zoals ze het in Amsterdam doen, dat zou goed zijn. Met een Mirk Milan. Iemand in een betaalde functie. Die kan schakelen met de gemeente. En inhoud kan geven.”
“Hier is het nu carnavalesk. De aanwijzing gaat al helemaal verkeerd. Je moet een gedragen manier vinden om een nachtburgemeester aan te wijzen. Nu heb je steeds een ludieke groep die het totaaloverzicht niet heeft. Als resultaat krijg je dan een kroegtijger, zonder inhoudelijk verhaal.”
“Hoe het afgelopen jaar is gegaan bewijst volgens Jeroen dat het nergens over gaat. “Harry Verkerk heeft zich verkiesbaar gesteld met de slogan ‘Ik ga helemaal niks doen, als ik gekozen word’. Om zo aan te geven dat het een lege huls is. Hij is toen verkozen door ‘het volk’, dat geeft aan dat er meer mensen zo over denken.”
De nachtburgemeester-verkiezing in Tilburg is nu carnavalesk
Concurrentie onderling
Hoe is de samenwerking onderling nu? Uiteraard zijn de grote organisatoren op de eerste plaats concurrenten van elkaar. Maar net als in de meeste grote steden worden de eigen event-kalenders gedeeld met de andere promotors. Via een Google Doc weten ze zodoende van welk weekend, of van welke dag ze af (zouden) moeten blijven.
Vaak gebeurt dat, soms ook niet. Joep: “Draaimolen met Dave Clarke viel laatst samen met onze Qanvas-avond met Oliver Weiter b2b Miss Melera. Wij kijken altijd naar de gedeelde kalender, en respecteren de overige events. Maar soms moet je gewoon iets doen, omdat je het moet doen.”
Milo: “Die genoemde avond van ons zou eerder zijn. Totdat Pleinvrees in 013 op die datum kwam. Ik was enorm over de zeik. Vanuit 013 snap ik het wel, zeker als je ieder weekend moet programmeren. Maar uiteindelijk vond ik dat ik moest gaan verplaatsen”
Het gros van de studenten met een diploma trekt nog steeds direct de stad uit
Jeroen: “Het is toch ook helemaal niet erg, als het af en toe botst? Als je maar open blijft naar elkaar.”
Joep knikt. “We zijn de afstemming ooit begonnen vanuit de gedachte dat we al die Randstedelijke feestjes, zoals Pleinvrees, moesten gaan weren. Een compliment is het eigenlijk wel, dat die organisaties nu plots afzakken naar hier. En ik snap dat ze voor vaste clubs intereressant zijn. Maar we hebben er nu wel last van.”
Jeroen: “De samenwerking begint wel echt van de grond te komen. Maar zoals we nu met elkaar samen komen voor This Is Our House, dat zou vaker moeten gebeuren.” Bas bevestigt: “Als je elkaar intensiever op de hoogte houdt, al zal het soms blijven knellen, dan zal het langzaam beter gaan.”
Blijven investeren in de Tilburgse scene
Sam is absoluut blij met het vele partypubliek in de stad, maar blijft realistisch. “Er is een heel vaste club bezoekers in Tilburg. Je merkt het gewoon al snel op het ene feest als het andere ook wat doet.”
Joep: “Het belangrijkste is dat we de verjonging vasthouden. Het gros van de studenten met een diploma trekt nog steeds direct de stad uit.”
Sam: “Vanuit de gemeente moet meer de link gelegd worden met het nachtleven. Tilburg mag best trots zijn op wat er hier gebeurt en zou dat ook veel meer naar buiten kunnen brengen. Pronken met ‘evenementenstad’ en ‘cultuurstad’ is goed, maar daar onbreekt onze scene nu wel nog in.”
“Als we ons meer verenigen kunnen we ons nachtleven nog kwalitatiever maken waardoor er ook meer bezoekers naar Tilburg komen. Dit is ook een plus voor de retail, restaurants en hotels.”
Jeroen steekt ook als programmeur de hand in eigen boezem. “Ik denk dat we een eventuele nieuwe dip ook kunnen voorkomen door niet alleen standaard clubavonden neer te zetten. Niet zomaar dj boeken, zaal open en gaan. Maar engangement en cultuur integreren zonder de vinger te tillen. Daar ligt mijn ambitie maar daar ben je niet in een keer.”
(Met dank aan 013Straatjes voor de foto’s van het interview en het kaartje)
Voetnoot: Dit artikel heeft niet de pretentie om volledig te zijn. Er zijn meerdere partijen actief in de Tilburgse scene, met ook een belangrijke/stimulerende rol. Een aantal van hen is genoemd. De harde dancestijlen zijn echter bijvoorbeeld buiten beschouwing gelaten. Die staan qua muziek en doelgroep meer op zichzelf. Omdat de opbloei van de Tilburgse scene zich vooral aftekent in de mildere stijlen (tech/deep house, techno, etc) is hier de keuze gemaakt om, samen met 5 van de grootste spelers in de lokale scene, daar op in te zoomen.
